Redactierichtlijnen voor auteurs

Redactieprocedure

Bijdragen, essays en recensies worden digitaal (Word) via het e-mailadres redactie@volkskunde.be aangeleverd. De auteur krijgt een bevestiging van ontvangst.

Voor wetenschappelijke bijdragen geldt een dubbele blind peer review, voor andere bijdragen geldt het oordeel van de redactieraad.

Indien de wetenschappelijke bijdrage voldoet aan de algemene richtlijnen en past binnen de missie van Volkskunde, wordt zij eerst voorgelegd aan de redactieleden, die hun commentaar kunnen bezorgen aan de redactiesecretaris. Als het algemeen oordeel van de redactieleden positief is, legt een redactielid dat als woordvoerder optreedt de bijdrage voor aan twee anonieme referenten. Op basis van hun reviews neemt de redactie een beslissing. Dit kan inhouden dat:

  1. het artikel wordt geaccepteerd voor publicatie;
  2. het artikel wordt geaccepteerd voor publicatie na (minimale) aanpassingen;
  3. het artikel moet worden aangepast en opnieuw worden ingediend;
  4. het artikel niet wordt geaccepteerd.

De auteur ontvangt bericht over het oordeel, inclusief een samenvatting van de reviews.

Bij plaatsing ontvangt de auteur ter controle een opmaakproef via de post/mail.

Bij publicatie ontvangt de auteur naast een exemplaar van het nummer ook vijf overdrukken van het artikel en (op aanvraag) het artikel in pdf-formaat.

De redactionele deadlines zijn 1 maart, 1 juli en 1 november.

 

Omvang

De omvang van de bijdrage is afhankelijk van de rubriek (zie onderaan meer uitleg):

  • wetenschappelijke bijdrage               5.000-8.000 woorden (incl. noten);
  • essay                                                  max. 7.000 woorden (incl. noten);
  • nieuw onderzoek                               3.000-4.000 woorden (incl. noten);
  • sporen                                                4.000-5.000 woorden (incl. noten);
  • recensie                                              max. 2.000 woorden;
  • recensie meerdere publicaties            max. 3000 woorden;
  • abstract                                              max. 300 woorden.
Tekst

Bijdragen zijn doorgaans in het Nederlands geschreven. Uitzonderlijk kan dit ook in het Frans, Engels of Duits (afhankelijk van de rubriek inclusief abstract).

Enkele notatierichtlijnen:

  • getallen van nul tot twintig, alsmede de tientallen tot en met honderd worden in letters geschreven. Ook de decennia worden voluit geschreven (‘de jaren twintig’), de eeuwen niet (19e eeuw, 18e-eeuws);
  • citaten worden tussen dubbele aanhalingstekens (“ “) geplaatst, citaten in citaten tussen enkele aanhalingstekens (‘ ‘). Als een citaat sluit met een punt en tevens het einde van een zin vormt, valt de punt binnen de aanhalingstekens. Weglatingen binnen een citaat worden aangegeven met drie punten tussen ronde haken (…), toevoegingen worden tussen vierkante haken [ ] geplaatst;
  • woorden uit een andere taal dan het Nederlands die geen deel uitmaken van een citaat, worden cursief geschreven – zoals con amore – tenzij zij algemeen in het Nederlands zijn ingeburgerd.
Abstract

Wetenschappelijke bijdragen en essays eindigen met een abstract (max. 300 woorden) in het Engels. Bij een bijdrage in een andere taal is de abstract steeds in het Nederlands en het Engels.

De eindredactie van een Engelse samenvatting ligt bij de redactie van Volkskunde.

 

Personalia

Titulatuur, voornaam en naam, geboortejaar tussen haakjes, functie, adres.

Bijvoorbeeld: Dr. Jan Janssens (1950), docent volkskunde, Universiteitsstraat 1, 3000 Leuven en e-adres.

Illustraties

Afbeeldingen worden als jpeg- of tif-bestand aangeleverd in hoge resolutie (minimaal 300 dpi). Een lagere resolutie is niet geschikt voor drukwerk.

De afbeeldingen worden genummerd aangeleverd. De bijschriften moeten corresponderen met het nummer van de afbeeldingen.

Advies voor grote bestanden: gebruik bijvoorbeeld http://wetransfer.com.

 

Annotatie

Volkskunde kiest voor voetnoten. Een voetnoot die betrekking heeft op een woord of passage uit de zin, volgt als cijfer onmiddellijk erna. Als de noot van toepassing is op de hele zin, volgt het nootcijfer na de interpunctie.

Literatuur- en bronnenlijsten zijn overbodig, aangezien Volkskunde met een uitgebreid voetnotenapparaat werkt.

Verwijzing naar boeken bij eerste vermelding:

  • Verrips, En boven de polder de hemel. Een antropologische studie van een Nederlands dorp 1850-1971. Amsterdam, 1977.
  • Gielen & R. Laermans, Cultureel goed. Over het nieuwe erfgoedregiem. Leuven, 2005.

Boek in een reeks:

  • van der Burg, ‘Geen tweede boer’. Gender, landbouwmodernisering en onderwijs aan plattelandsvrouwen in Nederland, 1863-1968. Wageningen, 2002 [A.A.G. Bijdragen 41]

Bundel:

  • Smith & N. Akagawa (red.), Intangible heritage. Londen, 2009.

Bij meer dan drie auteurs:

  • Dibbits e.a., Immaterieel erfgoed en volkscultuur. Almanak bij een actueel debat. Amsterdam, 2011.
  • De titel wordt overgenomen van de titelpagina van het boek, met de ‘extra’ hoofdletters die er veelal in Engelstalige publicaties (volgens de Engelse spellingregels) staan.
  • De plaats van uitgave wordt gespeld volgens de Nederlandse spelling, bijvoorbeeld Berlijn, Londen, Parijs.
  • Opsommingen in een noot worden door een puntkomma (;) gescheiden.

Verwijzingen naar boeken bij de tweede en volgende vermelding:

  • Verkorte titel meestal tot en met het eerste zelfstandige naamwoord:
    Gielen en Laermans, Cultureel goed, 23.
  • Ibidem wordt gebruikt wanneer in een volgende verwijzing hetzelfde boek of artikel wordt vermeld:
  1. Verrips, En boven de polder, p. 34.
  2. Ibidem, p. 46.
  • Idem wordt gebruikt bij dezelfde auteur in opeenvolgende noten:
  1. De Jong, De dirigenten, p. 178.
  2. Idem, Warme gevoelens, p. 19.

Verwijzing naar artikels in bundels:

  • Appadurai, ‘Introduction: commodities and the politics of value, in: A. Appadurai (red.), The Social Life of Things. Commodities in Cultural Perspective. Cambridge, 1986, p. 3-63.

Verwijzing naar artikels in tijdschriften:

  • J. Voskuil, ‘Omzien met weemoed. Van dorsvlegel tot landbouwfilm; verslag van een kettingreactie’, Volkskundig Bulletin 3, 1977, p. 1-15.
  • Het betreffende nummer van het tijdschrift wordt zo duidelijk mogelijk weergegeven: S. Bahro, ‘“…en de soldaat trok de wereld in”. Afgedankte soldaten in het geheugen van de Europese sprookjes’, Volkskunde 111:4, 2010, p. 421-439.
  • Citaten in titels van artikels komen tussen dubbele aanhalingstekens te staan.

Verwijzingen van artikels bij de tweede en volgende vermelding:

  • Appadurai, Introduction, p. 28.
  • Voskuil, Omzien, p. 12.

Overige vermeldingen:

  • Ongepubliceerde teksten, bijvoorbeeld scripties:
    Kozijn, Continuïteit en verandering in een vurig debat. Een discoursgeschiedenis van het begrip ‘volkscultuur’ (Masterscriptie Cultureel Erfgoed, Universiteit van Amsterdam, 2012).
  • Kranten:

H.J. van Houten, Boerderijbouw in Limburg’, De r.k. boeren en tuindersstand, 01-05-1941, p. 842-844.

Der Maler des grotesken Alltags. Adriaen Brouwer im Städel Museum Frankfurt, Frankfurter Allgemeine Zeitung, 20-12-2006, p. 17.

Bronvermeldingen:

  • Bij de eerste vermelding worden zowel de naam van de archiefinstelling, het archief, het inventarisnummer als zo mogelijk de titel van het stuk met bladzijden aangegeven.
    De afkorting van de archiefinstelling en het archief, zoals die in de volgende verwijzingen gehanteerd zullen worden, worden in de eerste relevante verwijzing opgenomen.

Internetbronnen:

Rubrieken

Wetenschappelijke artikels

Deze rubriek verwelkomt wetenschappelijke bijdragen over de cultuur van het dagelijks leven uit een geografisch gebied dat grosso modo overeenkomt met het huidige Vlaanderen en/of Nederland, met oog voor het internationale wetenschappelijke debat. Het betreft zowel theoretische als empirische bijdragen over de cultuur van het dagelijks leven in heden en verleden in de Lage Landen. De artikels zijn in het Nederlands geschreven en bevatten een Engelstalige samenvatting. In overleg met de redactie kunnen uitzonderlijk ook teksten in het Engels, Frans of Duits worden gepubliceerd. De lengte van de bijdrage is ca. 5.000-8.000 woorden. Artikels worden, als dit zinvol is, geïllustreerd met een aantal afbeeldingen. Dit gebeurt in overleg met de beeldredacteur. De artikels worden aan een dubbele blind peer review onderworpen.

De wetenschappelijke artikels vormen de kern van het tijdschrift, twee à drie teksten per aflevering. Een keer per jaar verschijnt er een themanummer (al dan niet onder leiding van gastredacteurs) met wetenschappelijke en andere bijdragen over een specifiek onderwerp uit de cultuur van het dagelijks leven.

Volkskunde wil herpublicatie in anderstalige tijdschriften niet ontmoedigen, onder voorwaarde dat in de bewerking wordt verwezen naar het oorspronkelijke artikel in Volkskunde. Tussen de twee publicaties moet er minstens een periode van een jaar liggen.

Samengevat:

  • taal: Nederlands (uitzonderlijk Engels, Frans, Duits) (NL + Engelse samenvatting)
  • aantal woorden: 5.000-8.000 (inclusief noten)
  • extra: double blind peer review

Essay

In de rubriek ‘essay’ publiceert Volkskunde artikels die bijdragen leveren tot de publieke discussie rond de cultuur van het dagelijks leven. Het essay is een artikel waarin een persoonlijke mening, reflectie of visie centraal staat. Bij voorkeur wordt er op één onderwerp gefocust. Het onderwerp wordt op een kritische wijze beschreven, beschouwd en/of vergeleken. Waar mogelijk worden er dwarsverbanden gelegd tussen verschillende (vak)gebieden. De tekst is gebaseerd op wetenschappelijk getoetste feiten en/of data, maar behoeft geen expliciete wetenschappelijke verantwoording. Een referentielijst met geraadpleegde werken en relevante literatuur kan achteraan het essay worden toegevoegd. Het essay is in het Nederlands geschreven met een Engelstalige samenvatting. In overleg met de redactie kunnen uitzonderlijk ook teksten in het Engels, Frans of Duits worden gepubliceerd. De lengte van de bijdrage is maximaal 7.000 woorden.

Samengevat:

  • taal: Nederlands (uitzonderlijk Engels, Frans, Duits) (NL + Engelse samenvatting)
  • aantal woorden: max. 7.000 (inclusief noten)

 

Nieuw onderzoek

In de rubriek ‘nieuw onderzoek’ geven (jonge) onderzoekers een sneak preview van onderzoeksplannen die zullen uitmonden in een dissertatie op het terrein van de cultuur van het dagelijks leven en/of het immaterieel cultureel erfgoed. In deze rubriek is er ook ruimte voor de presentatie van nieuwe onderzoeksprogramma’s van onderzoeksgroepen. In alle gevallen gaat het om gepland nieuw onderzoek, waarvan de theoretische uitgangspunten worden gepresenteerd en de benaderingswijze wordt geschetst tegen de achtergrond van relevante recente ontwikkelingen in het betreffende studieveld. De lengte van de bijdrage is ca. 3.000-4.000 woorden.

Mogelijke voorbeelden:

  • de oprichting van een nieuwe interdisciplinaire onderzoeksgroep aan de VU in Amsterdam die zich bezig zal houden met emotiegeschiedenis (ACCESS);
  • ‘Refiguring death rites’: onderzoeksproject van het Centrum voor Thanatologie dat zich richt op nieuwe rituele gestalten van de dood in Nederland.

Samengevat:

  • taal: Nederlands (uitzonderlijk Engels, Frans, Duits) (Engelse samenvatting)
  • aantal woorden: 3.000-4.000 (inclusief noten)

Sporen

Deze rubriek biedt een forum aan al wie iets interessants i.v.m. de cultuur van het dagelijks leven in verleden en heden wil signaleren of ter discussie stellen. ‘Sporen’ serveert een gevarieerde inhoudelijke cocktail die uitnodigt tot vergelijking, reflectie en verdieping inzake cultuur en erfgoed van het dagelijks leven. Het lokale of regionale van het onderwerp is geenszins een hinderpaal, als het item maar goed in tijd en plaats wordt gestructureerd.

Voorbeelden: niet of minder bekende vondsten in een archief of elders m.b.t. een ritueel, gebruik, gewoonte, feest, voorwerp, verhaal, lied, uitdrukking, (religieuze) voorstelling, … Uiteraard zijn ook prikkelende vondsten i.v.m. actuele fenomenen welkom. ‘Sporen’ mikt op korte, bevattelijk geformuleerde bijdragen van ca. 4.000-5.000 woorden.

Samengevat:

  • taal: Nederlands (uitzonderlijk Engels, Frans, Duits)
  • aantal woorden: 4.000-5.000 (inclusief noten)

Recensie

In deze rubriek worden interessante volkskundige publicaties besproken. De beslissing om een werk te bespreken ligt in handen van de redactie. Werken worden door een uitgeverij of auteur aangeboden, maar kunnen eveneens door de redactie worden aangevraagd. De redactie nodigt een auteur uit om een publicatie te recenseren.

Aan de uitgever of de auteur wordt een digitale versie van de cover gevraagd die voldoet aan de eisen voor beeldredactie (minimaal 300 dpi). De recensie bevat inhoudelijke en formele informatie over de publicatie, maar geeft ook een gefundeerd oordeel over het werk.

Bij uitzonderlijk belangrijke of omvangrijke werken kan de maximumlengte in overleg met de redactie worden verlengd.

Voorbeeld notatiewijze:

  • Roger Hessel, Marktliederen over de ‘Grooten Oorlog’. De Eerste Wereldoorlog gezien door de ogen van onze marktzangers. Torhout, Vriendenkring Kunst Houtland, 2011, 392 blz., ill.; ISBN 978-9-0812-8528-5; 32,00 euro.

Samengevat:

  • taal: Nederlands (uitzonderlijk Engels, Frans, Duits)
  • aantal woorden: max. 2.000